donderdag 19 februari 2009

droomjob

vroeger, in tijden van vriendenboekjes en poweezie albums, was er al die serieuze vraag: wat ik later worden wil? verstopt tussen luchtige weetjes (je lievelingskleur?) en saaie feiten (je schoenmaat?) zat een dooddoener. toen al. sommigen schreven 'kok' of 'boerin' of 'brandweerman'. de meer avontuurlijke types penden 'bankbediende' of 'directeur' neer. of 'gewoon gelukkig', de snoodaards. ik liet de stippellijntjes onbeschreven, of vulde zomaar iets in.

een droomjob had ik niet. niet toen, niet toen ik verder studeerde, en nog minder toen ik zelf in het werkcircuit belandde. vandaag heb ik er wel één, een droomjob, in mijn hoofd althans. in de bittere realiteit vraagt het nog wat bijscholing, tijd, durf en een spaarpot. de eerste letter is een D. en het is niet 'drummer'. misschien is dat mijn droomhobby, bestaat dat ook?

maandag 16 februari 2009

overvloed

het vergde de voorbije week een serieus ritje in een prille voormiddagzon om mijn bewolkte hoofd op te klaren. tijd is nog altijd mijn zoete vijand. soms heb ik er geen. soms heb ik er een overvloed. maar pieken en dalen, ik ga ze het liefst te lijf als ik weet waar het heen gaat.

mijn kort, maar stroef telefoontje met het thuisfront bracht dan weer een reeks overpeinzingen met zich mee. het is immer een brute confrontatie: een meningsverschil met mijn stamboom. ik kan me opwinden over die flauwe en toch muurharde karaktertrekken, en dan doodleuk beseffen dat ik in de spiegel soms iets gelijkaardigs durf zien. de genen kruipen waar je ze niet hebben wil. mijn papa krijgt graag zijn zin.

en ook: mijn lief zegt plagerig dat ik traag wakker word. ik ontken. ik zeg dat ik het ook sneller kan, als het moet. maar soms maken ze de dag: die luttele minuten soezen tussen slapend en klaarwakker.

there is a place that i have seen
somewhere between waking and sleeping
(Air)

maandag 2 februari 2009

veelbelovend


to lose my life. white lies

"Als kind betekende luxe voor mij bontjassen, lange jurken en buitenhuizen aan zee. Later geloofde ik dat het een luxe was te kunnen leven als een intellectueel. Nu geloof ik dat het ook een luxe is wanneer je een passie kunt beleven voor een man of een vrouw." (De allerlaatste alinea uit 'Alleen maar hartstocht' van Annie Ernaux.)